Te oud voor avontuur
Ik las een stuk over over Geocaching. Ik had het al vaker voorbij zien komen, maar dat woord alleen is al zo moeilijk dat ik dacht dat ik daar toch niks van zou begrijpen. Ik ging er automatisch vanuit dat dit iets met de ingewanden van een computer te maken zou hebben. En hoewel ik mij graag overal mee bemoei, heb ik die drang helemaal niet als het gaat over de binnenkant van de computer.
Wist ik veel dat er achter dat woord Geocaching een groot avontuur schuil gaat! Daar kwam ik achter toen Claudia vertelde dat ze er ook aan deed. Toen ik las dat je ‘er aan kunt doen’ ging ik op het puntje van mijn stoel zitten en las verder…
Terwijl ik eigenlijk niks zocht, vond ik toch iets! Iets heel moois zelfs! Ik vond al lezende het kind in mijzelf terug! Ik voelde hoe de adrenaline langzaam door m’n aderen ging kolken. Dit was iets voor mij, dat wist ik zeker! Iedereen die ik vervolgens tegenkwam heb ik gevraagd of ze samen met mij op avontuur wilden, maar ik kreeg vooral niet begrijpende blikken. M’n enthousiasme temperde, maar verdween niet…
Op zaterdagavond zit ik met Brendy in de stad wat te eten. Ik vertel haar over het bestaan van Geocaching en ik zie het gebeuren! Ook zij zit meteen terug in het gevoel van 25 jaar geleden! Toen we nog op woensdagmiddag verkleed als soldaatjes op onze buik in de sloot lagen, onze geweren gericht op de vijand. Toen we nog van sprokkelhout de mooiste hutten bouwden in het Lutterzand. Toen we nog met een schepnet, emmers vol stekelbaarsjes uit de sloot hengelden. Toen we de boeren nog gek maakten, als we hun maïs jatten voor onze maïsploffers. En hoe die ene boom in onze fantasie ons ruimteschip was als we boven in het topje zaten. Mja, de meisjes in ons waren toen ook al ver te zoeken… 😉
Maar zaterdagavond in de pizzeria zie ik haar ogen fonkelen, haar mond zelfs een beetje openvallen… Terwijl mijn pizza nog maar half op is, trekt ze haar jas aan en zegt: ‘Snel Tes, betalen!’ We gaan op avontuur! We gaan SCHAT ZOEKEN!!!
We rennen de pizzeria uit en springen op ons crossfietsje, die na 25 jaar de vorm heeft gekregen van een degelijke stationwagen met kinderzitjes op de achterbank. Maar dat doet niks af aan ons gevoel!
Brendy fietst en ik zit achterop, aan elke kant van de fiets één been, zoals alleen jongetjes dat doen. Ik navigeer ons met het Geocaching kompas op mijn telefoon de hele stad door, naar de dichtstbijzijnde schat: ‘Links Bren, nog 642 meter! Rechts Bren, nu nog maar 323 meter!’ Naarmate we de schat naderen gaat ons hart sneller kloppen… Ooooohhhhh jongenssss!!!
Als de app aangeeft dat we heel dicht in de buurt zijn, parkeren we en gaan zoeken… En zoeken… En zoeken… En we blijven maar zoeken… Grmmzzz… We voelen ons echte flutavonturiers!
We besluiten om op zoek te gaan naar een andere ‘cache’, want naar huis gaan zonder een schat te hebben gevonden, dat is geen optie! ‘Kom, we doen er één midden in het bos, da’s pas gaaf!’ zegt Brendy. Even later zijn we midden in het natuurgebied Egheria, waar het op dit nachtelijke uur angstvallig stil en donker is. Heel donker. Af en toe rijden we dwars door een mysterieuze mistwolk die op de weg hangt… Hmmzzz… Naast me zie ik de fonkeling in Brendy’s ogen ook veranderen in een zorgelijke blik. ‘Hier zijn ook geesten hè…’ fluistert Brendy. ‘Volgens mij wel…’ knik ik bevestigend terwijl ik op m’n lip bijt.
We slingeren over de smalle weggetjes heuvel op en heuvel af. Als vóór ons, door het licht van de koplampen plotseling een felverlicht spierwit Jezusbeeld opdoemt, bonst m’n hart in mijn borstkas. Al lang niet meer van opwinding, dit is pure doodsangst! We zitten hier midden in ‘de Hel’ van De Lutte, de plek waar vroeger volgens de legende de Hellehond mensen de dood injoeg, waar de Witte Wieven over de mistige velden waadden en waar vandaag de dag nog steeds onverklaarbare spooklichten worden gezien…
We kijken helemaal niet meer op het kompas, zijn dat hele Geo-gedoe al lang vergeten. Die schat kan ons gestolen worden. Het enige wat nu nog telt is overleven. In complete paniek zoeken we een weg naar de bewoonde wereld. In de verte zien we hoe twee lampen ons tegemoet komen! Neeeehhh!! Whaaaahhhh!!! Keihard gillend passeren we die andere auto en Brendy geeft steeds meer gas… We stuiven als gekken door het pikzwarte spookbos. Iedere boom is eng! Een angstaanjagend grote vogel klapt bijna tegen de voorruit! Net als we op het punt komen waarbij we ons huilend in elkaars armen willen storten, zien we licht… We zijn terug in de beschaving! Weg uit de Hel!
Als minuten later onze hartslag wat afzakt en we de bebouwde kom van ons veilige dorpje weer inrijden, kijken we elkaar aan. Meteen schieten we in een lach waar we bijna niet meer uitkomen. ‘Bren, zullen we naar huis gaan? Volgens mij zijn we 25 jaar te oud voor avontuur…’
Nog steeds leuk hihi