Weekendje Slagharen

In de eerste week van het nieuwe jaar gingen we een weekendje weg. Ik, mijn zus en de kinderen. We gingen naar Slagharen, naar zo’n vakantiehuisje dat bij het attractiepark hoort. Ik word gelukkig van achtbanen en andere kinderachtige shit. Echt oprecht gelukkig! Al realiseerde ik me heus wel dat dat met kinderen in de leeftijd van de mijne niet het meest geschikte uitje zou worden. Dat bleek een understatement.

Het begint al met de temperatuur. Het is dit weekend -32°C. Zoiets denk ik. Naja, ik weet het eerlijk gezegd niet precies, maar best koud. Dize heeft daarom zoveel kleren aan dat ze nauwelijks nog kan bewegen. Met alle kracht die ze heeft kan ze er nog net een paar pasjes uitpersen, het heeft wat weg van een stijfgevroren pinguïn. Ze kan het niet waarderen, dat is duidelijk. Dus met Len in de kinderwagen en een gefrustreerde stijve pinguïn in mijn kielzog gaan we op pad.

Mijn neefjes vinden het fantastisch en rennen van de ene attractie naar de andere. De pinguïn staat van achter het hekje te gillen omdat ze ook wil. Terwijl mijn neefjes net bezig zijn met een parcours op een hele vette motor kijk ik vol afgrijzen naar langzaam draaiende theekopjes een eindje verderop. Maar da’s toch leuk voor zo’n anderhalf jaar oud grietje zou je denken, dus ik offer me met liefde op voor mijn dochter.

Al in de rij probeert ze zich onder een luid neejj neeeeejjj uit m’n armen te wurmen. Die! Die! roept ze wijzend naar de motoren. Eénmaal in het theekopje doet ze haar woeste hoofd. Met alles wat ze in zich heeft probeert ze dan haar wenkbrauwen en haar bovenlip bij elkaar te brengen. Als ze me vol verwijten aankijkt en ik terugkijk brult ze weer neejj neeejj.
Als de hele situatie niet zo treurig zou zijn geweest, zou ik haar nu keihard uitlachen. Maar ik voel vooral depressiviteit. Zit je dan met je goeie gedrag in die suffe theekopjes! Met een kind die het minstens net zo suf vindt als ik.

Ik ben het dan ook al gauw zat en we besluiten naar ons huisje te gaan. Op de parkeerplaats is ondertussen de pleuris uitgebroken. Het parkeerterrein is één grote drekzooi. Je zou zeggen dat de grond wel bevriest hè bij -32°C, maar misschien zat ik er een beetje naast qua temperatuur. Een graad of 35. Veel auto’s zitten vast in de modder. Ik ook. Tuurlijk. Met twee kinderen op de achterbank die krijsen om eten en om slaap wachten we op hulptroepen. Uit medelijden blijft m’n zus bij ons en m’n neefjes kunnen niet wachten tot de trekker komt.
Als ze er na een uur nog niet zijn besluiten we te gaan. Twee teleurgestelde neefjes. Ook nog. We zijn nu genoodzaakt om lopend terug te gaan naar het huisje. Nou ja, eigenlijk loop alleen ik. Len ligt in de kinderwagen te janken en Dize sleept gillend achter me aan.

Als we de volgende ochtend een nieuwe poging wagen om de auto er uit te krijgen is ook de accu nog leeg. Logisch. Weer wachten op hulptroepen en als die er uiteindelijk zijn moeten mijn apen al weer naar bed. Wederom een fantastische ochtend gehad. Het komt niet meer goed. Ook de rest van het weekend staat in het teken van koukleumen, accu’s, startkabels, wegenwacht, gefrustreerde pinguïns en neeejjj.
Ik ben kapot, maar vooral opgelucht als we zondag weer naar huis gaan. Als ik het terrein af rijd hoor ik nog net voor de laatste keer de muziek uit de luidsprekers schallen:

Slagharen, daar kun je veel beleven. Slagharen, daar is het altijd feest. Lekker vliegen, zwemmen, glijden, springen, zweven. Slagharen! Daar geniet je nog het meest!

Man, man, man…

5 replies on “Weekendje Slagharen”

  1. Jeetje, Slagharen, ja ooit ook geweest, a long time ago… de thee kopjes zijn ook suf, daar en in de Efteling, hahaha dus ik snap Dize wel 😉

    X

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *